Ik ben uitgenodigd bij Passa Porta, en dat wilt zeggen dat ik voor het eerst de lange gang richting de Passa Porta Bookshop niet volg tot het einde, maar dat ik links door de deur de trap naar omhoog mag nemen om de kantoren van Passa Porta te bezichtigen. Directeur Ilke Froyen wacht me op, en geeft me een rondleiding van de verschillende ruimtes, waaronder een co-working space en een audio-kamer. Op de binnenkoer zoeken we de zon op, en hebben we het over literatuur zonder paspoort, en het belang van breed denken.
Door Lora De Baeremaeker

De combinatie van zoeken naar kwaliteit en een reilen en zeilen dat gefundeerd is op sterke waarden, gedeeld met zoveel mogelijk mensen en steeds ontvankelijk voor nuance, daar ben ik heel trots op
Hoe doet Passa Porta aan literair organiseren?
Eigenlijk kan je onze werking opdelen in drie delen. Eén daarvan is podium. Dat is zowel een fysiek als een digitaal podium waar we auteurs naar voor brengen. Het fysieke podium kan hier bij ons in Brussel zijn, of op een andere plek, en dat is in het Nederlands, in het Frans, of in andere talen of mengvormen. Dat is een heel zichtbaar onderdeel, maar daarnaast is er dus ook een digitaal podium, waarbij we tekstopdrachten verzamelen op onze website of socials.Â
Het Charter voor inclusie, dat we tekenden toen dat verscheen, en waarnaast we ook reeds onze eigen werken omtrent inclusiviteit hadden, is enorm belangrijk voor onze organisatie. Daar hebben we voor onszelf de lat hoog gelegd, en dat moet ook. Hierdoor zijn we bijvoorbeeld gestart met stadsprojecten, zodat we een ander publiek kunnen bereiken. Brussels City of Stories is daar een mooi voorbeeld van, zo brengen we literatuur tot bij de mensen zelf, in plaats van dat zij ernaar op zoek moeten gaan. Samen met het Kaaitheater organiseerden we ook Wonders of Multilingualism, waarbij we het fascinerende aan meertaligheid op het podium brachten. Dat had als opzet om meertalige sprekers te laten reflecteren over meertaligheid, en daarmee een gemeenschap op te bouwen voor en door mensen met gelijkaardige situaties, en het positieve aan meertaligheid te belichten. Vaak wordt er geproblematiseerd dat kinderen niet genoeg Nederlands spreken, terwijl wij met dit project naar de andere kant van die situatie wilden kijken.Â
Verder zetten we ook sterk in op talent. Dat is dan heel erg gericht op de makers, en komt vooral terug in onze residentiewerking. Er is ook de Jacques de Decker beurs voor jonge makers, en werken we mee aan de Creative Writing Academy for Refugees & Asylum Seekers, opgericht door Sulaiman Addonia. Dat zijn ook allemaal manieren om breder te kijken dan het structurele, officiële literaire veld. En het zijn dingen waar we zelf ook heel veel van leren.Â
Voor literatuur heb je geen paspoort nodig
Hoe jullie residentiewerking er uit?
De naam Passa Porta is afgeleid van het idee ‘passer par la porte’, wat niet alleen letterlijk betekent dat je hier altijd door de deur kan wandelen, maar het verwijst ook naar het idee dat je voor literatuur geen paspoort nodig hebt. Het is een uitnodiging om contact te maken met verhalen en ideeën van diverse schrijvers.Â
Zo hebben we een residentiewerking met verschillende formules. Er is onze co-writing ruimte, waar je kan komen werken voor een halve of volledige dag, en dat is echt first come first served. Dat is een hele brede en organische manier om makers over de vloer te krijgen. Dan hebben we onze studio, waarbij we hetzelfde idee van aanmelding hanteren. Op die manier ontmoeten we auteurs die we niet altijd zelf zouden uitnodigen. Zo kunnen we dingen laten groeien wanneer die zich aanbieden, op een georganiseerde maar informele manier. Dan is er ook de ICORN-resident, wat een hele andere aanpak is. Dat is een hele intensieve residentie van een vervolgde auteur, die mensen komen niet alleen met schrijfvragen bij ons aankloppen, die komen ook met een hele zware rugzak, en dat vraagt een intensere omkadering.Â
We zijn ons bewust van de macht die we hebben, en we zorgen er voor dat we die zo breed mogelijk kunnen verdelen
Moet je soms mensen afwijzen?
Heel vaak (lacht). Dat hoort er natuurlijk bij, als je werkt met een selectie, dan werk je ook met afwijzing. Daarom werken we met de twee systemen, het ene systeem via first come first served, waar we helemaal niet in filteren. Iedereen is op die plek welkom om te schrijven, tenzij het natuurlijk totaal niets met literatuur te maken heeft. We zijn niet de geschikte plek om een doctoraat in de fysica te schrijven bijvoorbeeld (lacht). Het andere systeem werkt dan via een selectieprocedure. Daarbij zorgen we wel altijd dat we niet enkel intern selecteren. We zijn ons bewust van de macht die we hebben, en we zorgen er voor dat we die zo breed mogelijk kunnen verdelen.Â

Naast een residentiewerking hebben jullie ook podiumplek, hoe vul je die in?
Dat is volledig gecureerd, die invulling doen we door te kijken naar de literaire actualiteit, de literaire kwaliteit, en wat er bij onze buren gebeurt. Muntpunt, bijvoorbeeld, benadert literatuur vanuit een hele brede invalshoek, en dat is altijd interessant om in de gaten te houden. Wij programmeren net iets specifieker, ons podium is gericht op fijnproevers met een interesse in internationale stemmen. Wij zoeken geregeld naar auteurs die nog niet erg bekend zijn. Zo kwam Nino Haratischwili bij ons op bezoek, toen die nog maar net begonnen was, en waarna ze heel groot is geworden. En zo gebeurt het eigenlijk heel vaak, dan kwam Abdulrazak Gurnah 15 jaar voor hij de Nobelprijs voor de literatuur op ons podium te staan. Naar die kwaliteit zijn we steeds op zoek, en daar geloven we steevast in. En die vinden we doordat we al een hele tijd bestaan, en onze programmatoren literair gevormd zijn, veel lezen, en een goed netwerk hebben.Â
Dat is een heel fascinerend proces om te zien, zeker als je met verschillende taalgebieden in contact komt. Vaak denken we dat de grote literaire namen universeel groot zijn, maar dat blijkt toch niet helemaal het geval te zijn. Dat heeft dan vaak te maken met de keuzes van de uitgeverijen, of een werk al dan niet in een bepaalde taal vertaald wordt. Dan zie je bijvoorbeeld dat een Amerikaanse auteur groot is aan de Nederlandstalige kant, maar dat die aan de Franstalige kant niet zo bekend is. Dat is erg fascinerend en uitdagend, om op die manier een puzzel te maken waarbij sommige auteurs in sommige taalgebieden een introductie nodig hebben, en in andere taalgebieden niet. Op die manier leren we natuurlijk ook voortdurend nieuwe auteurs kennen, wat altijd inspirerend is.Â
De lat voor literatuur hoort hoog te liggen, zonder dat dit betekent dat je geschoold moet zijn om dat te kunnen appreciëren
Â
Hoe ben jij ooit bij Passa Porta terechtgekomen?
Ik ben ooit begonnen als assistent Engelse Literatuur aan de - toen nog - KU Brussel. Daar werkten wij samen met het opstartende Passa Porta. Als assistent werkte ik mee aan een tentoonstelling over de Brontë-zussen. De toenmalige directeur heeft me dan gevraagd of ik voor de organisatie wou komen werken. Dat was voor mij een onmiddellijke ‘ja’. Ik was op dat moment nog aan het twijfelen om te doctoreren, maar ik merkte dat ik echt met mensen wou werken, en een doctoraat is toch wel op je eentje. Dus begon ik bij de organisatie, en daar heb ik dan verschillende functies uitgeoefend, en zijn het literatuurhuis en ik samen opgegroeid. Ik geloof enorm in het Passa Porta-project, de nadruk op nuance in debat brengen, het delen daarvan met mensen, hoe het mensen kan raken. De lat voor literatuur hoort hoog te liggen, zonder dat dit betekent dat je geschoold moet zijn om dat te kunnen appreciëren. Er zijn zoveel manieren om teksten te brengen zonder dat je daar academisch voor opgeleid hoeft te zijn. Je moet wel nieuwsgierig zijn, maar die nieuwsgierigheid, die attitude en honger naar de wereld en naar nuance, hangt niet samen met je opleiding. Op die manier sluit Passa Porta helemaal aan bij mijn eigen visie over literatuur.Â
Waar ben je het meest trots op?
Dat we blijvend enthousiasme kunnen vinden voor dat waar Passa Porta voor staat. De wereld is in twintig jaar tijd heel wat veranderd, Brussel is heel wat veranderd, maar hoe de context ook transformeert, er zijn steeds nieuwe mensen die ontdekken wat we doen. Brussel is een stad met veel mensen die komen en gaan, maar het enthousiasme voor onze organisatie keert telkens terug, en dat is heel fijn om te ervaren. De combinatie van zoeken naar kwaliteit en een reilen en zeilen dat gefundeerd is op sterke waarden, gedeeld met zoveel mogelijk mensen en steeds ontvankelijk voor nuance, daar ben ik heel trots op. Schrijvers op zich zijn ook enorm fascinerende kunstenaars, dat is ongelofelijk hoe je een wereld kan creëren door je terug te trekken in jezelf, en in de diepte te gaan.Â

Wat brengt de toekomst voor Passa Porta?
Die toekomst is eigenlijk al volop bezig. Er komt een plek voor een narratieve audiomaker. Het auditieve verhaal is iets wat we verder willen ontdekken, we willen onderzoeken hoe verhaal en audio kunnen samenwerken. Zo trekken we ook het idee van een literaire maker wat meer open. En we blijven zoeken naar nieuwe stemmen, stemmen die met veel zijn maar toch in de marge verstopt blijven. Dit jaar bestaan we ook twintig jaar, en volgend jaar vieren we de 10de editie van ons festival, dus zo brengt de toekomst ook heel wat feestjes. Ik kijk er enorm naar uit.Â
Wat is je meest recente literaire ontdekking?
Ik ben de laatste tijd veel Japanse literatuur aan het lezen, en Het woud van wol en staal van Natsu Miyashita was prachtig. Het is een boek over een Japanse pianostemmer, en je volgt zijn zoektocht naar het voltooien van een opleiding, het aarden in een bepaalde functie, de twijfels en het zoeken naar advies. Het boek gaat eigenlijk over het vinden van je plek in de wereld. Het is heel erg poëtisch geschreven, maar ik las het vooral ook graag omdat het buiten de tijd lijkt te staan. Het zou zich kunnen afspelen in elk mogelijk jaartal, waardoor het iets universeels krijgt. Het is ook een trage wereld met veel aandacht voor details, wat altijd fijn is om te lezen in de snelle en gehaaste samenleving waarin we ons bevinden.
Meer open deuren kan je ontdekken op de website van Passa Porta.Â
Comments